Voor coolhaas zelf moeten de controleursjaren in het gewest ternate en onderhorigheden en het jaar dat hij in de onderafdeling manggarai van west-flores doorbracht wel het hoogtepunt hebben gevormd van zijn loopbaan als indisch bestuursambtenaar. dââr genoot hij de grootste zelfstandigheid, d áá r had hij — vooral op flores dat pas twintig jaar eerder onder nederlands bestuur was gebracht — de gelegenheid het beschavingswerk dat neder- land sinds enkele decennia op zich genomen had ten uitvoer te brengen. met aanstekelijk en- thousiasme wordt ons verslag gedaan van de pogingen de manggaraiers ‘op te heffen’ en hen in bescherming te nemen tegen de islamitische heersers van het kustgebied. het is, tegen deze achtergrond, wel begrijpelijk dat coolhaas niet zo vreselijk veel op had met het nationale bewustwordingsproces van de indonesiërs. pas betrekkelijk laat (na de muiterij op de zeven provinciën in 1933 en de reacties die deze uitlokte) heeft hij naar zijn zeggen ingezien ‘hoe zeer de indonesiërs, als ze maar een schijn van ontwikkeling hadden, naar vrijheid verlangden’ (214). zijn sympathie voor land en volk stond overigens buiten kijf. zijn beschrijving van zulke uiteenlopende onderwerpen als de inheemse rechtspraak (met de controleur in de voorzittersstoel), de dorpsverkiezingen op java, tournees te paard op flores en in midden-sumatra, vormen even zo vele verrassende doorkijkjes in de koloni- ale samenleving. zijn schets hoe het in de gemeenteraad van bindjai in boven-langkat of in de onderafdelingsraad van angkola en sipirok in het verre tapanuli toeging, maakt meer duidelijk over allerlei decentralisatieperikelen en de soms verrassende wijze waarop de in- heemse leden van de volksraad gekozen werden dan menig handboek over het toenmalig indisch staatsrecht zou kunnen doen. kortom, wie meer wil weten over de ‘binnenkant’ van het oude indië — het land dat in 1942 zo onherroepelijk verdween — kan dit boek niet ongelezen laten. het houdt op pas- sende wijze de herinnering aan de kleurrijke figuur die coolhaas was levendig. volle- digheidshalve wordt in dit verband nog verwezen naar het in itinerario, iii (1979) ii, 18-33 met hem opgenomen vraaggesprek. c. fasseur j. l. van der pauw, coremans de rapaljaan. opkomst en ondergang van l. g. a. coremans en zijn rapaille partij (rotterdam: donker, 1986, 108 blz., ƒ19,50, isbn 90 6100 255 9)

HIGHLIGHTS

  • who: RECENSIES et al. from the (UNIVERSITY) have published the research work: Voor Coolhaas zelf moeten de controleursjaren in het gewest Ternate en onderhorigheden en het jaar dat hij in de onderafdeling Manggarai van West-Flores doorbracht wel het hoogtepunt hebben gevormd van zijn loopbaan als Indisch bestuursambtenaar. Dââr genoot hij de grootste zelfstandigheid, d áá r had hij — vooral op Flores dat pas twintig jaar eerder onder Nederlands bestuur was gebracht — de gelegenheid het beschavingswerk dat Neder- land sinds enkele decennia op zich genomen had ten uitvoer te brengen. Met aanstekelijk en- thousiasme wordt ons verslag . . .

     

    Logo ScioWire Beta black

    If you want to have access to all the content you need to log in!

    Thanks :)

    If you don't have an account, you can create one here.

     

Scroll to Top

Add A Knowledge Base Question !

+ = Verify Human or Spambot ?